Bewoners Franz en Kwannie

  • Auteur: Anne Klapmuts
  • Fotograaf: Hester Blankestijn
  • Datum: 29 maart 2020

Twee en half jaar geleden horen Franz en Kwannie via een vriend over hun huidige appartement aan de Groenendaal. Ze gaan kijken en zijn meteen om. De centrale ligging is voor hen het grootste pluspunt. “Alles wat we nodig hebben, zit in de buurt.”, zegt Franz. De ruime en lichte woonkamer in hun tweekamerappartement staat vol met planten en een grote boekenkast. In de ideale wereld komt er een groter appartement boven hen vrij. “Dan blijven we op deze fijne locatie, maar hebben we ook extra ruimte.”, aldus Kwannie.

Voor Franz, die oorspronkelijk uit Berlijn komt, is hun huis aan de Groenendaal zijn eerste plek in Rotterdam. De Rotterdamse Kwannie woonde hiervoor in Bergpolder. Ze merkt dat het leven in het centrum wat individualistischer is. “Ik mis het buurtgevoel wat ik in Noord had, mensen zijn socialer, groeten elkaar op straat. Om eerlijk te zijn, weet ik hier nog steeds niet wie mijn buren zijn.”, aldus Kwannie. Franz lacht: “Ik weet niet of het iets typisch Nederlands is, maar met bijzondere gelegenheden hangen de buren kaartjes in de lift. Zoals met Kerst of bij een geboorte. Dit heb ik in Berlijn echt nog nooit meegemaakt!”

Kwannie en Franz houden van buiten zijn en zodra het kan zitten ze op hun balkon. Kwannie: “De groene strook hiervoor is een hondenuitlaatplek en ik zeg altijd tegen Franz dat ik graag een hond wil. Die zou ik dan in een mandje vanaf het balkon naar beneden laten zakken en na een tijdje terug roepen en weer naar boven takelen!”.

Dat ze alweer twee en half jaar in het appartement wonen verbaasd hen. Kwannie: “De tijd is gevlogen, eigenlijk is het huis nog helemaal niet af!” Ze mist vooral nog kunst aan de muur. “Zo gaat dat altijd he? Ik ben voor mijn werk altijd met kleur bezig, zie je het in mijn eigen huis helemaal niet terug. Net zoals de chefkok die thuis alleen maar afhaalmaaltijden eet!”

Kwannie en Franz door Hester Blankestijn in het Hoogkwartier

Studio MAKY

Als illustratief ontwerper vormt Kwannie samen met collega Man-Yee Mok Studio MAKY. Ze staan bekend om hun kleurrijke en vrolijke installaties, zoals de Badkonijn in het Vroesenpark en de Zeehond op Rotterdam-Zuid. “We werken voornamelijk in de kunst & cultuur sector en maken veel (kunst)installaties en decoratie.”, zegt Kwannie. “We hebben bijvoorbeeld werk gemaakt voor Villa Zebra. En voor het jeugdvakantiepaspoort ontwikkelden we een speurtocht door de Centrale Bibliotheek gebaseerd op een kinderboek.” Het laatste project van Studio MAKY is in opdracht van Stichting Probiblio. De ‘reading-pods’ die Kwannie en Man-Yee hebben ontworpen, moeten kinderen stimuleren te gaan lezen. “Onze leesmeubels worden op verschillende festivals en evenementen neergezet en kinderen kunnen zichzelf erin nestelen met een boek.”

Kwannie en Franz door Hester Blankestijn in het Hoogkwartier

In de buurt

Op de vraag wat hun favoriete plek in de buurt is, weten Kwannie en Franz niet meteen een antwoord. “We hebben net het nieuwe sushi restaurant Kyatcha direct onder ons ontdekt. Het is klein en knus en de sushi is echt heerlijk.” Als er nieuwe plekken in de buurt zijn, gaan ze er meestal wel naartoe – zoals bijvoorbeeld naar Alfredo’s en Old Scuola in Het Industriegebouw. Franz: “Eigenlijk gaan we niet zo vaak uit eten, want we houden erg van koken. In de zomer maken we thuis lekkere dingen en dan nemen we het met een picknick kleedje mee naar het grasveld naast de Markthal. Daar kun je echt lang van de zon genieten.”

Ook gaan Kwannie en Franz vaak naar de markt op de Binnenrotte. Voor bloemen, vers Turks brood en goedkope groente en fruit. Kwannie: “En voor mij is het perfect dat de Praxis hier om de hoek zit. En natuurlijk Van Beek en Harolds. Misschien denken mensen eerder aan restaurantjes en cafeetjes die je fijn vindt in je buurt, maar voor mij is dit dus echt heel praktisch!”

Kwannie en Franz door Hester Blankestijn in het Hoogkwartier

Vrijwilligers IFFR

Kwannie en Franz leren elkaar acht jaar geleden kennen als ze allebei vrijwilliger zijn bij het International Film Festival Rotterdam. Op de laatste avond, een feestje voor alle medewerkers, staan ze beiden op het punt om naar huis te gaan als een collega hen aan elkaar voorstelt. “We blijven uiteindelijk de hele nacht en eindigen volgens traditie in Hotel Centraal.”, lacht Kwannie. Franz, die op dat moment nog in Delft studeert en woont, wil vervolgens hun eerste echte afspraakje invullen. “Ik kende Rotterdam alleen totaal niet en ben dus maar om me heen gaan vragen. Uiteindelijk heb ik Kwannie meegenomen op een stadswandeling langs alle bekende plekken in de stad, lopend met een fles wijn over de Erasmusbrug.” Tegen middernacht, als Franz door zijn plannen heen is, neemt Kwannie hem mee naar Roodkapje. Daar ontdekt hij een andere kant van Rotterdam. “Ik miste de alternatieve en creatieve plekken, maar die bleken er wel te zijn!”, aldus Franz.

Kwannie en Franz door Hester Blankestijn in het Hoogkwartier

Klein Berlijn

Franz woont zo af en aan al tien jaar in Nederland, maar dit huis is zijn eerste in Rotterdam. Voor zijn werk bij een jong FinTech bedrijf reist hij iedere dag heen en weer naar Amsterdam. Om niet meer te hoeven forenzen, zou wonen in de hoofdstad fijn zijn. Maar Rotterdam vindt hij toch meer alternatief en arty-farty. “Voor mij voelt Rotterdam echt als een Klein Berlijn. Er is veel kunst, cultuur en evenementen. En je kunt allerlei hidden treasures vinden. Maar het is ook klein genoeg om in een kwartier weer op de fiets thuis te kunnen zijn. En je komt altijd overal mensen tegen.”, zegt Franz.

Kwannie en Franz praten wel eens over in Berlijn wonen. Franz: “Ik zou wel tijdelijk terug willen, om voor één of twee jaar bij vrienden en familie in de buurt te zijn. Maar dan weer naar Nederland, want ik vind het hier beter!”. Voor Kwannie is wonen in het buitenland lastig door haar werk. “Studio MAKY gaat goed en Man-Yee en ik zijn zo gewend om samen te werken. We hoeven eigenlijk geen acquisitie meer te doen, opdrachten komen binnen. Als ik in Berlijn ga wonen, moet ik dit allemaal opnieuw opbouwen.”, aldus Kwannie.

Kwannie en Franz door Hester Blankestijn in het Hoogkwartier

Toekomst

Het comfort van wonen in het centrum van de stad maakt Kwannie en Franz gelukkig. “We zien onszelf hier over vijf jaar nog wel wonen. Alleen zouden we het fijn vinden om een extra kamer te hebben, voor de momenten dat we bezoek krijgen. In het ideale geval kopen we een van de grotere appartementen boven ons. Dan hebben we meer ruimte, maar blijven we ook op deze perfecte centrale locatie wonen.”, zegt Franz. “Maar er verhuisd hier bijna nooit iemand!”, vult Kwannie aan.

Het interview en de fotografie met Kwannie & Franz vond plaats voor de maatregelen om het coronavirus onder controle te krijgen.

Ontdek meer verhalen!